Kringlooplandbouw en mest

Kringlooplandbouw en mest

De minister van landbouw, Carola Schouten, heeft het vaak over kringlooplandbouw. De vraag die iedereen stelt, is, hoe ziet dit er nu precies uit. Met de haar kamerbrief “Contouren van een toekomstig mestbeleid” van 8 september 2020 ligt de minister een tipje van de sluier op. In grote lijnen komt het erop neer dat de melkveehouderij grondgebonden moet worden en dat alle mest van intensieve bedrijven extern verwerkt moet worden. In deze brief hamert zij erop dat de mestwetgeving vereenvoudigd moet worden en dat de boeren voor de langere termijn weten waar zij aan toe zijn.

Zo op het eerste gezicht slaagt zij in de opzet dat de regelgeving eenvoudiger wordt. Alle intensieve bedrijven (varkens, kippen, vleeskalveren, etc.) met onvoldoende grond, wat bij de meerderheid van de bedrijven het geval is, moeten hun mest voor verwerking aanbieden. Een rechtstreeks contract met een akkerbouwer is er dus niet meer bij. De melkveehouderij en de rundvleeshouderij worden grondgebonden, dus geen transporten meer van rundveemest. De uiterste consequentie van dit beleid is dat een melkveehouder die bijna grondgebonden is, al zijn mest extern moet laten verwerken en verwerkt weer terug moet kopen. De minister vindt dit onwenselijk, zij wil deze bedrijven “stimuleren om hun bedrijf grondgebonden te maken”. Het einddoel is grondgebondenheid, maar de mest mag ook binnen een regionaal samenwerkingsverband worden geplaatst.

Goed nieuws is dat zij zich hard maakt voor het verlenen van de kunstmeststatus aan meststoffen uit dierlijke mest, met dezelfde eigenschappen als kunstmest. Voorbeelden hiervan zijn Ammoniumsulfaat of Ammoniumnitraat die verkregen wordt door de toepassing van een zogenaamde meststripper. Goedkeuring van deze meststoffen wacht nog op een definitief akkoord uit Brussel.

Zij geeft hoog op over de innovatiekracht van de Nederlandse landbouw. CCS is het hiermee eens. Technische oplossingen kunnen de landbouw verder helpen, de emissies terugdringen en bijdragen tot het oplossen van het klimaatprobleem. Voorbeelden hiervan zijn mono-mestvergisting, al dan niet in combinatie met een stikstofstripper en alternatieven voor eiwitproductie, zoals bijvoorbeeld eendenkroos.

CCS pleit daarom voor oplossingen op maat. Dat kan grondgebondenheid zijn, maar het kan ook betekenen dat een boer zelf zorgt voor de beste oplossing voor zijn mest. Daarbij is het sluiten van de kringloop een mooi uitgangspunt.

Over dit artikel

19 oktober 2020 / Auteur: Ing. Ruurd van Schaik

Alle nieuwsberichten

Inschrijven voor onze nieuwsbrief

Meld u aan voor onze nieuwsbrief en maak hieronder een keuze.

Digitale nieuwsbrief Hardcopy nieuwsbrief