Op 21 december 2018 zijn de nieuwe SDE+ tarieven gepubliceerd aan de Tweede Kamer. Het budget wordt verlaagd van 12 miljard naar 10 miljard euro. Dit is opvallend, omdat de gestelde doelstelling van 14% duurzame energie in 2020 waarschijnlijk niet gehaald gaat worden. Dit blijkt uit de langzame stijging van het aandeel van duurzame energie van 6,6% in 2017 tot 7,3% in 2018.
Lees hier de kamerbrief inclusief uitleg over de SDE+ systematiek.
Categorie covergisting verdwijnt
Voor vergisting wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen allesvergisting en co-vergisting. De tarieven dalen hierdoor voor co-vergisting. Het fasebedrag daalt 0,2 tot 0,3 eurocent per kWh, terwijl de correctiebedragen 0,2 eurocent stijgen. Effectief dus een verlaging van de SDE+ met ongeveer 10%. Vorig jaar (2018) werd al duidelijk dat er nauwelijks aanvragen zijn voor co-vergisting vanwege de lage tarieven. Het lage aantal aanvragen is daarmee een oproep aan het ministerie dat de lage tarieven niet uit kunnen. Het is duidelijk is dat het ministerie geen gehoor heeft willen geven aan de noodroep uit de biogassector. De tarieven voor allesvergisting zijn wel gestegen. Dit is een plus voor de afvalsector en leidt mogelijk tot een lagere afvalstoffenheffing voor de consumenten.
Grootschalige mestvergisting
Voor mestvergisting is er een nieuwe categorie gekomen; Grootschalige vergisting van 100% mest (boven de 400 kW). Hiervoor zijn de tarieven wel hoger dan de oude co-vergistingstarieven en dat is dus winst. Wel is de toename in de tarieven bescheiden (10% op het basisbedrag), maar dit kan in beperkte mate kansen bieden.
Kleinschalige mestvergisting
Bij kleinschalige mono-mestvergisting is een (netto) daling van alle tarieven. De rentabiliteit van groen gas en biogashubs komt hiermee onder druk te staan. Het subsidiebedrag voor groen gas daalt met 0,5 eurocent tot 8,7 eurocent per kWh. Het subsidiebedrag voor warmte stijgt ligt met 0,3 eurocent. Dit laatste effect wordt echter weer teniet gedaan door de stijging van het correctiebedrag met 0,5 eurocent, waardoor de effectieve SDE+-subsidie met 0,2 eurocent is gedaald. Bij vaststelling van het correctiebedrag gaat het ministerie uit van het tarief dat geldt voor het eigen gasverbruik (kleinverbruik), terwijl onze projecten (en hiermee 80% van mono mest warmte projecten in Nederland) de warmte aan derden leveren. Dit is jammer, omdat hiermee biogashubs op basis van mono-mestvergisting op boerderijschaal eigenlijk niet meer haalbaar zijn.
PV-zon
Voor PV zon daalt het basisbedrag met bijna 10%. Dit is fors, maar gezien de daling van de prijzen van de PV panelen te verantwoorden. De business cases blijven hier overeind en wij zullen ons werkgebied zon dan ook een extra boost gaan geven. Grootschalige zonnevelden hebben op deze wijze in 2019 zéker toekomst.
Al met al een teleurstellend beeld voor de SDE+ in 2019 voor biomassavergisting en niet in overeenstemming met wat nodig is om de klimaatdoelstellingen van 2020 te halen.
Over dit artikel
3 januari 2019 / Auteur: Dr. Ir. René Cornelissen
